Basiscommunicatie

Ieder kind is vanaf zijn geboorte creatief en rijk aan mogelijkheden. Kinderen hebben behoefte aan ontwikkeling van hun communicatiewensen, relatiewensen en wens tot groeien. Alle kinderen beschikken over honderd talen om zich uit te drukken. Naast de spreektaal kunnen de kinderen zich uiten in klanken, beweging, kleuren, schilderen etc.

We kijken en luisteren intensief naar de kinderen en bieden hen situaties, materialen en technieken aan waardoor kinderen zich op vele manieren kunnen uiten. Kinderen maken, denken, associëren; kinderen creëren in voortdurende dialoog met hun leeftijdsgenoten, met volwassenen, met dingen en met reële gebeurtenissen.

Tijdens de sleutelmomenten als verzorgingsmomenten, tafelmomenten en momenten van activiteiten, vinden wij het belangrijk dat er voor een wederzijdse communicatie met het kind wordt gezorgd, met oog op de dialoog met het kind. We vertellen wat we gaan doen en waarom we het doen. Het kind krijgt dan controle over de situatie. Vooral bij baby’s is het belangrijk dat ze de tijd krijgen om te snappen wat de pedagogisch medewerker bedoelt. Daarom vertellen we altijd eerst wat wij gaat doen, vervolgens kijken kijkt vervolgens naar de reactie van het kind en daarna handelen we pas. Uitleggen van het “hoe en waarom” is namelijk voor kinderen heel belangrijk.

Wij zorgen ervoor dat de kinderen zich vertrouwd en veilig met elkaar voelen. We stimuleren een wij-gevoel in de groep door rituelen en daarnaast geven ze positieve aandacht aan alle kinderen. Verder stimuleren we vriendschappen tussen de kinderen en plezier in het met elkaar spelen.

Pedagogisch medewerkers maken de buitenwereld en gevoelswereld voor de kinderen begrijpelijk door te praten, uit te leggen en naar de kinderen te luisteren. De pedagogisch kwaliteit wordt gemeten aan de interactievaardigheden van pedagogisch medewerkers: sensitieve responsiviteit of emotionele steun, respect voor de autonomie, structureren en grenzen stellen, praten en uitleggen, begeleiden van interacties tussen de kinderen en ontwikkelingsstimulering (Riksen-Walraven). Stel je voor dat twee kinderen allebei in de huishoek willen spelen. Dan kan je zeggen dat ze samen in de huishoek kunnen gaan spelen. Dit is dan ‘Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van sociale competentie’, ook wel ’begeleiden van interacties tussen de kinderen’.